Dutch 5 imperfectum

The exercise was created 2024-01-19 by TereseH. Question count: 16.




Select questions (16)

Normally, all words in an exercise is used when performing the test and playing the games. You can choose to include only a subset of the words. This setting affects both the regular test, the games, and the printable tests.

All None

  • aansporen spoorde aan
  • aantonen toonde aan
  • oplossen loste op
  • terugbetalen betaalde terug
  • uitnodigen nodigde uit
  • voortzetten zette voort
  • zich uitstrekken strekte zich uit
  • afbreken brak af
  • afvallen viel af
  • inslaan sloeg in
  • omgaan ging om
  • tegemoetkomen kwam tegemoet
  • terugbrengen tot bracht terug tot
  • uitkomen op kwam uit op
  • wegblazen blies weg
  • wegslaan sloeg weg

All None

(
Shared exercise

https://spellic.com/eng/exercise/dutch-5-imperfectum.11890972.html

)